Teenage Mutant Ninja Turtles in de (kunst)geschiedenisles

Met vrienden zat ik laatst wat te drinken toen mijn werk als docent ter sprake kwam. De leukere lessen op de middelbare school vonden we toch allemaal de lessen waarin films gekeken werden. Wat voor films maakte dan niet zoveel uit. Mijn vrienden zeiden: “Je kunt toch ook weleens een film opzetten tijdens jouw les? Bijvoorbeeld Teenage Mutant Ninja Turtles!” Het was dan wel aan mij om te verzinnen hoe ik dit aan mijn vak (Nederlands) kon koppelen.

Kunstenaars
Dat koppelen aan het vak Nederlands lukte mij niet direct, maar ik moest wel meteen aan twee andere vakken denken: geschiedenis en kunstgeschiedenis. Als kind heb ik de serie nooit gekeken, maar vorig jaar keken mijn vriend en ik de film. Toen viel mij op dat de “schildpadden” namen hadden van beroemde kunstenaars: Donatello, Michaelangelo, Leonardo en Raphael. En aangezien leerlingen en films/series in de les samen een goede combinatie zijn, kwamen er meteen wat lesideeën in mij naar boven.

Elke opdracht begint als volgt: bespreek van tevoren in de les misschien al wat over Italiaanse kunstgeschiedenis, anders hebben de leerlingen geen voorkennis en snappen ze misschien de link tussen de namen van de Turtles en de geschiedenis niet. Laat vervolgens de leerlingen een (deel van een/de) aflevering/film zien. Bespreek daarna wat ze is opgevallen (als het goed is de namen).

Mindmap
Laagdrempelige opdracht

Na het uitvoeren van het begin, is het tijd voor het vervolg van de opdracht. De leerlingen kunnen individueel, in tweetallen of in groepjes een mindmap maken over een van de vier kunstenaars of over alle vier de kunstenaars. Laat ze opschrijven wat zij over deze personen weten. Het helpt wel als ze hierbij een computer/tablet/smartphone mogen gebruiken.

Als ervoor gekozen wordt om de leerlingen in groepjes informatie te laten opzoeken over één van de kunstenaars, kunnen de leerlingen in dezelfde les (als de lessen lang duren) of in de volgende les presentaties geven over de “gekregen” kunstenaar. Zo worden de presentatietechnieken meteen getraind en leren de leerlingen van elkaar.

Toneelstukje
Drempel ligt iets hoger

Na het uitvoeren van het begin, is het tijd voor het vervolg van de opdracht. De leerlingen worden opgedeeld in groepjes. Elk groepje krijgt een kunstenaar toegewezen. De groepjes lezen zich goed in over de kunstenaar en maken een toneelstukje over de persoon in kwestie. Misschien kunnen de leerlingen ook bijvoorbeeld een soort flyer maken over hun toneelstukje. Daar kunnen zij dan onder andere gevonden informatie over de kunstenaar opschrijven. Zo worden zij niet alleen beoordeeld op het toneelstukje, maar ook op het onderzoek dat zij hebben gedaan.

Verslag schrijven
Hoogdrempelige opdracht

Ook hier voer je eerst het begin van de opdracht uit. Vervolgens mogen de leerlingen individueel of in tweetallen een kunstenaar kiezen (of ze krijgen er eentje toegewezen). De leerlingen zoeken informatie op over de kunstenaars, onder andere over hun levensloop, belangrijkste werken en misschien ook welk kunstwerk de leerling(en) zelf mooi vindt. Als er een kunstwerk gekozen is, kunnen hier ook nog begrippen aan gekoppeld worden (bijvoorbeeld bij het schilderen vanuit welke perspectieven is geschilderd, er kan gekeken worden naar kleuren en contrasten). Over dat kunstwerk is dan ook weer van alles verteld worden. Zo zit er vaak een verhaal achter een kunstwerk. Dit verhaal kan dan geanalyseerd worden (waarom werd dit kunstwerk in een bepaalde tijd gemaakt, wat betekent het, werd dit kunstwerk geaccepteerd in die tijd, ga zo maar door). Er kan veel aan een verslag toegevoegd worden.

Liefs,
Marloes